Wie was de grootste Amsterdammer in de 750-jarige geschiedenis van Amsterdam?
Die vraag stelde Het Parool op 4 januari 2025 aan zijn lezers. Nadat enige maanden eerder iedereen daar suggesties voor had kunnen insturen, had een jury van vijf Amsterdamse historici uit bijna 1200 reacties een shortlist van veertien kandidaten samengesteld, en die werd op 4 januari gepresenteerd. En jazeker, feministe Wilhelmina Drucker was één van die veertien, op plaats vijf, tussen de schrijver Eduard Douwes Dekker (Multatuli) en de architect Hendrik Berlage.
Er was nog wel het nodige wikken en wegen aan die lijst vooraf gegaan, en we moeten begrijpen dat Wilhelmina Drucker maar met een ‘neuslengte’ van Aletta Jacobs gewonnen had. Dat kon de jury in de nominatie van Drucker overigens goed beargumenteren:
Met die sterke tekst ging Drucker de verkiezing in.
De uitslag werd in Het Parool van 17 januari 2025 bekend gemaakt. Van de 5115 uitgebrachte stemmen kreeg Drucker er 347, waarmee ze op plaats 7 uitkwam, maar drie stemmen minder dan Anne Frank (350). De Grootste Amsterdammer werd zij dus niet, maar een Grote Amsterdammer toch zeker wel. Grootste werd Samuel Sarphati (858), wiens vele initiatieven om de woon- en levensomstandigheden van de Amsterdamse bevolking te verbeteren óók die van Drucker, die in armoede opgroeide, gunstig hebben beïnvloed.
Sarphati kreeg al kort na zijn overlijden in 1866 een straat (1870) naar zich vernoemd, niet veel later ook een park (1888), dat werd aangelegd rond het monument dat toen al voor hem was opgericht (1886). Kort na die aanleg kwam Drucker aan het Sarphatipark te wonen (1893), en leefde daar ruim tien jaar als het ware aangezicht in aangezicht met degene met wie zij in 2025 om de eer van Grootste Amsterdammer zou strijden. Ze had eens moeten weten