WDF Projecten

WDF Projecten (51)

Tot genoegen van alle betrokken partijen is de benoeming van dr. Geertje Mak als bijzonder hoogleraar Politieke geschiedenis van gender in Nederland aan de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam met een termijn van vijf jaar verlengd.

Deze Wilhelmina Drucker leerstoel is sinds 2013 ingesteld vanwege de Wilhelmina Drucker Fundatie.

In 1905 verscheen een bijzondere novelle van Betsy Perk, feministe van het eerste uur en in het jaar van verschijnen ruim 70 jaar. Het is getiteld Strijd binnenshuis. Vrouwen kiesrecht-novelle en begint met een ruzie in de familie. Onderwerp? Vrouwenkiesrecht! De novelle verplaatst de lezer naar een tijd waarin vrouwenkiesrecht ter discussie stond en brengt de zinnige en onzinnige argumenten voor en tegen weer tot leven.

In de bestaande literatuur over Betsy Perk wordt vooral aandacht besteed aan haar bijdragen aan de vrouwenbeweging van de jaren 1870. Deze heruitgave, bezorgd door Peter Altena, laat zien dat Perks feminisme in 1905 nog springlevend is, en vraagt daarbij aandacht voor haar Nijmeegs netwerk van gelijkgestemden.

Strijd binnenshuis wordt uitgegeven door Uitgeverij Flanor te Nijmegen en verschijnt op 30 september 2021.

De WDF droeg bij aan de productiekosten.

De schilderes Betsy Repelius (1848-1921) en de arts Marie du Saar (1860-1952) hadden aanvankelijk de bedoeling om in het in 1890 gebouwde grote huis aan de Amsterdamse Vondelstraat samen te blijven wonen en daar elk hun beroep uit te oefenen. Dat plan liep echter spaak toen Marie du Saar – de eerste vrouw die aan de Universiteit van Amsterdam promoveerde – een musicus ontmoette, met hem trouwde en de wereld introk. Hoe Betsy Repelius zich daarna dapper in haar lot schikte is te lezen in de brieven aan haar vriendin, waarin zij wekelijks verslag deed van haar wel en wee. Die brieven vormen een uitzonderlijk document, en niet alleen van haar eigen dagelijks leven als traditioneel kunstenaar. Ze had namelijk een groot netwerk van – meestal ongehuwde – vrouwen die net als zij een zelfstandig beroepsleven leidden. Zodoende geven haar brieven meteen ook een beeld van het alledaagse bestaan van de eerste generatie van professionele vrouwen in Nederland. De uitgave van Betsy Repelius, Brieven aan Marie du Saar, 1891-1911, bezorgd door Tineke van Loosbroek en Jan de Vries, is daarmee een aanwinst voor de geschiedenis van werkende vrouwen – en natuurlijk ook voor de kunstgeschiedenis.

Het boek, dat is voorzien van een groot aantal illustraties, is begin mei 2021 verschenen bij Uitgeverij Verloren. De WDF subsidieerde een deel van de productiekosten.

Van Gisteren, het team dat de F-site heeft ontwikkeld, organiseerde op 27 oktober 2020 voor de derde keer de ‘geschiedenisles die je nooit hebt gehad’, om historische vrouwen zichtbaar te maken voor een groter publiek. Dit jaar ging het om de Angolese koningin Nzinga Mbande (1583-1663), de feministische heldin Wilhelmina Ducker (1847-1925) en de Marokkaanse feministe Fatima Mernissi (1940-2015).

De WDF subsidieerde de kosten van de sprekers.

Historica Maite Karssenberg wijdde haar in 2016 met de Johanna Naberprijs bekroonde afstudeerscriptie al aan Geertruida Kapteyn-Muysken (1855-1920), en voegde deze ‘vergeten vrouwelijke intellectueel’ vervolgens toe aan het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland.
Zij werkt nu aan een publieksboek over deze eigenzinnige vrijdenkster en feministe, die in de jaren 1880 en 1890 in Londen woonde.

De WDF subsidieerde een studiereis voor onderzoek in Londense archieven.

In oktober van dit jaar is de geschiedenis verschenen van de eerste (en enige) middelbare tuinbouwschool voor meisjes, die in 1907 werd geopend in de villa Huis te Lande in Rijswijk, een villa die een van de oprichtsters, Jacoba Hingst, speciaal met dit doel had laten bouwen. Het initiatief tot de tuinbouwschool nam zij samen met Cornelia Pompe, nadat zij ter voorbereiding aan de Universiteit van Leiden samen biologie hadden gestudeerd. Het idee voor deze school was geboren op de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid (Den Haag 1898), waarbij zij direct (Pompe) of indirect (Hingst, via haar zuster, de kiesrechtfeministe Aletta Hingst) betrokken waren, en wel bij de organisatie van de afdeling ‘Bloemenvak’.

Deze feministische ontstaansgeschiedenis en de verdere lotgevallen van Huis te Lande, dat  tot 1991 een particuliere school bleef, worden beschreven in Huis te Lande, vrouwen in de tuinbouw. Middelbare tuinbouwschool voor meisjes, uniek in Nederland, geschreven door Frans Holtkamp en uitgegeven door de Stichting Rijswijkse Historische Projecten.

De WDF droeg bij aan de productiekosten.

Wie zou hebben gedacht dat het bureau waar Wilhelmina Drucker in 1917 aan poseerde voor het portret dat Truus Claes van haar maakte nog altijd bestond? We wisten niet beter of er was maar weinig van Druckers persoonlijke bezittingen in particulier bezit of in enige erfgoedinstelling bewaard gebleven. Met uitzondering van een aantal boeken (waarover in de toekomst in de rubriek ‘Nachleben’ meer) kennen we alleen de jeugdfoto uit 1865, die na de Tweede Wereldoorlog langs niet helemaal navolgbare weg het toenmalige Internationaal Archief voor de Vrouwenbeweging (IAV, nu Atria) heeft bereikt. Zelfs het schilderij van Truus Claes, waarop dus ook het bureau is te zien, is nog altijd spoorloos, al wordt er inmiddels verwoed naar gezocht.

 

We waren dan ook hoogst verrast toen we eind 2019 door bemiddeling van Wilhelmina Drucker hoogleraar Geertje Mak in contact kwamen met de erfgenamen van de laatste eigenaar van het bureau dat ooit aan Wilhelmina Drucker toebehoorde, voormalig directiesecretaresse Wilhelmina (Wil) Bontekoe (1925-2018). En helemaal beduusd toen bleek dat die erfgenamen afstand van het bureau wilden doen en het aan de WDF wilden schenken, een schenking die in januari 2020 daadwerkelijk plaatsvond.

 

Het bureau dat we van de foto van de poseersessie in 1917 al kennen, blijkt een robuust mahoniehouten bureau, dat naar schatting uit de laatste decennia van de negentiende eeuw dateert. Het heeft een opstand met drie kastjes, een groot, uitschuifbaar werkblad ingelegd met groen laken, met onder dat blad drie laden (waarachter nog enkele geheime laadjes blijken te zitten, helaas leeg), rustend op twee ladenkasten. Aan het bureau is gewerkt en geleefd, ook in de 95 jaar na Druckers overlijden, en daar draagt het natuurlijk de sporen van. Zo ontbreekt er een pootje, lopen de deurtjes en de laadjes niet zo soepel meer, is het laken versleten en sluiten de sloten niet allemaal meer perfect. De eerste stap was dan ook om het bureau naar het restauratieatelier van Regi Romeny te brengen, die in opdracht van de WDF de mankementen zal herstellen en het geheel een opknapbeurt zal geven.

 

Slide background
Slide background

Het bureau van Wilhelmina Drucker (met het ontbrekende pootje) in het kantoor van de WDF,

januari 2020 (foto: Myriam Everard)

>  september 2020: het nieuwe pootje is gedraaid (foto: Pieter Kiewiet de Jonge)

 

 

Hoe het bureau van Wilhelmina Drucker uiteindelijk bij Wil Bontekoe terecht is gekomen en wat zijn uiteindelijke bestemming zal zijn, is een verhaal apart. Zodra we dat verhaal rond hebben, zal het hier te vinden zijn.

 

De Vereniging voor Gendergeschiedenis (VVG) is enkele jaren geleden gestart met het digitaliseren van oude jaargangen van haar tijdschrift Historica. De jaargangen 2001-2016 staan inmiddels online. De VVG gaat nu in versneld tempo verder met dit digitaliseringsproject, zodat eind 2021 alle oude jaargangen van Historica (1997-2018) op de website van de VVG beschikbaar zullen zijn.

De WDF financiert deze inhaalslag.

In 1917 kreeg Wilhelmina Drucker op haar zeventigste verjaardag een portret aangeboden dat Truus Claes van haar had geschilderd. Wij kennen dat schilderij alleen van de foto die bij die gelegenheid werd gemaakt en van de foto waarop Drucker voor dit portret poseert, want de verblijfplaats ervan is onbekend. Het team van Van Gisteren, bureau voor publiekshistorische projecten, is, met steun van de WDF, een onderzoek gestart naar de vindplaats van het schilderij.

Zie hier voor een interview van Amarens Eggeraat met Agnes Cremers en Mark Bergsma van Van Gisteren over hun zoektocht (VICE, 30 juni 2020).

In augustus 2019 vinden in Groningen de tweejaarlijkse Historicidagen plaats. Deze ontmoetingsgelegenheid van iedereen die beroepsmatig met het verleden bezig is, heeft dit jaar als thema: inclusieve geschiedenis.

Een van de twee keynote lectures wordt gehouden door Catherine Hall, feministisch historica, hoogleraar emerita Modern British Social and Cultural History aan het University College in Londen, en voorzitter emerita van het Centre for the Study of the Legacies of British Slave-ownership.

Hall's keynote lecture, te houden op donderdag 22 augustus 2019 (Aula Academiegebouw, 19.30 uur), is getiteld ‘Men, Women and Slavery’. In deze lezing zal zij de geschiedenis van slavernij in Groot-Brittannië en Jamaica in de achttiende eeuw aan een nader onderzoek onderwerpen, en zich daarbij met name richten op de betekenis van sekse en klasse daarin. Inclusieve geschiedenis op z’n inclusiefst!

De WDF draagt haar reis- en verblijfkosten.